Een van de dingen die vrouwen vanaf veertig vaak zeggen is ‘dat mannen steeds minder kijken’, stelt hoogleraar psychologie Liesbeth Woertman in haar boek Wie ben ik als niemand kijkt? (2022). Het verlies van de bewonderende blik treft vrouwen volgens haar onevenredig zwaar. Want vrouwen worden hun leven lang gebombardeerd met de valse boodschap: ‘Hoe mooier, hoe gelukkiger’.
De oppervlakkige kijker van de documentaire Calender Girls (2022, van het Zweedse regisseursduo Maria Loohufvud en Love Martinsen) zou kunnen denken dat het gelijknamige amateurdansclubje uit Florida zich simpelweg niet neer kan leggen bij het feit dat zestigplus vrouwen minder vaak worden nagefloten dan vrouwen in de lente van hun leven. Hun kledingstijl en make-uproutine is namelijk allesbehalve bescheiden. Gehuld in lycra hotpants, hoge laarzen van nepbont en glitterspray bestormen ze de podia van buurthuizen en bejaardentehuizen om, al dansend op muziek van The Backstreet Boys, geld in te zamelen voor een organisatie die geleidehonden traint voor veteranen en slechtzienden.
Maar achter de sluier van glitterspray en bonte types – de frontvrouw is een gepensioneerd undercoveragent en de vrouw die de muziek instart een ex-gedetineerde met een bulldog – schuilt de realiteit over waar ouder wordende vrouwen in de maatschappij mee te maken krijgen. Wie ben ik als mijn kinderen hun eigen gezinsleven hebben? Hoe ga ik om met een echtgenoot die mij liever niet ziet schitteren op een podium? Welke regie neem ik over mijn levenseinde? En uiteraard ook: hoe blijft een papier-maché glittereenhoorn op mijn hoofd zitten tijdens het dansen?
Niet meer afhankelijk zijn van de male gaze kan vrouwen verlossen van de druk om aan een schoonheidsideaal te voldoen en kan ruimte maken om meer vanuit bezieling te leven, schrijft Woertman. Het geeft ruimte voor verdriet en verlies. Maar, zo toont Calender Girls, vooral ook voor swingende verwondering.