De verhuisdozen waren al ingepakt. Nog vier dagen, dan zouden Hilary en Gerald de deur van hun appartement in Devon achter zich dichttrekken om naar Ierland te verhuizen. Hilary was zo afgeknapt op post-Brexit Engeland dat ze in een land wilde wonen waar ze zich weer Europeaan kon voelen. Hilary Mantel, een van de grootste hedendaagse Britse schrijvers, was van plan de Ierse nationaliteit aan te nemen en de rest van haar leven door te brengen in het land dat haar voorouders ooit waren ontvlucht.
Het liep anders. Terwijl Gerald nog even de vuilnis buitenzette, kreeg Hilary een beroerte die fataal zou blijken. Als ze een paar uur langer had geleefd, waren ze precies vijftig jaar getrouwd geweest.
Op 22 september is dat precies een jaar geleden. Gerald sliep nog een nacht op een matje in hun nieuwe Ierse huis, maar besloot dat hij er toch niet in zijn eentje wilde wonen. In de maanden na haar dood ordende hij haar nalatenschap, die onder meer bestond uit honderdvijftig volgeschreven notitieboekjes. Zijn conclusie was dat er niets publicabels meer op de plank lag. ‘Wat zou ze hierna geschreven hebben?’, vroeg Margaret Atwood zich af toen ze haar collega in The Guardian herdacht. Daarover bleek Gerald wel iets te kunnen vertellen. Nadat Hilary vijftien jaar van haar leven had gewijd aan Thomas Cromwell en de Tudors, die ze vereeuwigde in Wolf Hall (2009), Het boek Henry (2012) en De spiegel & het licht (2020), had ze zin in iets luchtigers. Ze was net begonnen aan een Jane Austen mash-up, verteld vanuit Mary Bennet, het saaiste zusje van de vijf Bennets uit Pride & Prejudice. Daarin zouden allerlei andere Austen-personages hun opwachting maken. De gedachte dat dat boek er nooit gaat komen, is een ware tantaluskwelling, maar gelukkig hadden we nog wel een andere Mantel tegoed: de verhalenbundel Learning to Talk (2003), nu vertaald als Goed leren praten, sluit aan op het magistrale De geest geven.