Uithuilen en opnieuw beginnen, dat is de westerse tendens na een miskraam. En hoewel er vroeger helemaal niet over werd gesproken, is er tegenwoordig iets meer ruimte voor. Toch is de aandacht summier, als je bedenkt dat één op de vier zwangerschappen in een miskraam eindigt. Maar wat filmmaker Janna Stolp nog het meeste stoorde aan het taboe op miskramen is het onvermogen van andere mensen om met miskramen om te gaan. ‘Ik heb uiteindelijk het verwerkingsproces als invalshoek gekozen, omdat het verdriet te weinig wordt erkend. Miskramen hebben nog geen plek op het rouwspectrum.’
In haar korte documentaire Maar je was er wel vertellen drie vrouwen over de verwerking van hun miskramen. ‘Op hen had het veel impact, dat geldt natuurlijk niet voor iedereen. Maar het gaat erom dat je iemand niet kan vertellen hoe die zich moet voelen. Hoe ga je om met het ongemak van iemand die verdrietig is?’