Je moet maar durven: je documentaire beginnen met een gesprek met je dode opa. Regisseur Anne Vaandrager (1989) doet dit gewoon in haar korte film Zon in de nacht: acteur Eelco Smits speelt haar opa, Vaandrager is zichzelf. Ze vermengt documentaire met fictie. Uitgangspunt is het verhaal van opa Cees, die homo was en een dubbelleven leidde. Vaandrager duikt oude familiefilmpjes op, gaat in gesprek met haar vader en haar oudtante én laat acteurs Eelco Smits en Nazmiye Oral opa Cees en oma Ursula spelen. Op die scènes reageren Vaandrager en haar familieleden dan weer. Gaandeweg de film komt de regisseur erachter dat ze meer met opa Cees gemeen heeft dan ze dacht.
Waarom wilde je dit verhaal vertellen?
Anne Vaandrager: ‘Over mijn opa hoorde ik altijd alleen maar dat het een egoïstische man was die zijn gezin veel pijn heeft gedaan. Maar opa heeft het óók moeilijk gehad, dacht ik. Ik wilde met deze film voor mijn opa opkomen.’
Je film heeft een bijzondere vorm, waarin fictie en documentaire door elkaar lopen. Waarom?
‘Ik word enthousiast van films die de ruimte opzoeken van wat documentaire allemaal kan zijn. Drama Girl van Vincent Boy Kars bijvoorbeeld, maar ook The Act of Killing van Joshua Oppenheimer en Stranger in Paradise van Guido Hendrikx. Ik wil zeker verder op die genreoverschrijdende weg.’
Het lijkt alsof je tijdens de opnames ontdekt dat jij, net als je opa, queer bent. Ging dat echt zo, of heb je dat erin geschreven?
‘Dat gebeurde echt zo. Op onze laatste draaidag vroeg Eelco me: waarom doe je dit eigenlijk? En ik besefte: ik ben gewoon een film over mezelf aan het maken! Het was spannend om te zeggen, maar ook bevrijdend.’
Heeft de documentaire de relatie met je familie veranderd?
‘Ja, zeker met mijn vader. We zijn nu opener tegenover elkaar, mijn vader en ik hebben elkaar echt weer gevonden. Ik denk omdat we elkaar proberen te begrijpen, maar tegelijkertijd onderkennen dat we elkaar niet altijd zullen begrijpen. En dat dat oké is.’