De vierdelige documentaire Theo van Gogh: de hunkering begint bij het einde. Zijn dood. Die bezingt hij eerst zelf in een volle televisiestudio terwijl een harpiste ‘Stairway to heaven’ tokkelt.
‘Als ik naar méééézelf kijk, was ik toch het liefst een lijk. Ik ben áááállang dood, maar iemand is vergeten me te vertellen, waarom ik niets meer voel.’
Daarna begint het publiek te joelen, denk je nog heel even ach die gekke Theo, maar dan volgt een fragment van een extra uitzending van het NOS Journaal van dinsdagochtend 2 november 2004. Daarin doet verslaggever Martijn Bink vanaf plaats delict onder voorbehoud kond van de moordaanslag. ‘Het sterke gerucht doet hier de ronde dat het om de cineast Theo van Gogh gaat. Als hij het is, dan mag gevreesd worden dat hij het niet heeft overleefd want ik sta op zo’n tweehonderd meter van de plek waar iemand al een uur onder een wit laken ligt.’ Het gerucht klopte en Van Gogh zou er nog uren blijven liggen. Beestachtig vermoord door een radicale moslim met lange tenen.