De chauffeurs staakten niet alleen omdat ze al weken niet waren uitbetaald, maar ook vanwege de lage lonen (ze kregen slechts 70 tot 89 euro per dag betaald, terwijl ze regelmatig vijtien uur werkten) en onvrede over hoeveel er van hun loon werd ingehouden voor bijvoorbeeld een zorgverzekering – die niet eens geldig was. Daardoor hielden de chauffeurs niet genoeg geld over om hun families thuis financieel te ondersteunen.
Want dat is waarom de meeste Oost-Europese chauffeurs dit werk gaan doen: in hun land van herkomst liggen redelijk betaalde banen niet voor het oprapen. Dus komen ze uit bij bedrijven die hen een hoger loon beloven, zolang ze maar bereid zijn maanden achtereen in een vrachtwagen door heel Europa te rijden.
De Bulgaar Petar, hoofdpersoon uit de documentaire A Parked Life is zo’n chauffeur. Regisseur Peter Triest legde vast hoe diens leven zich maandenlang in en rond de vrachtwagen afspeelt. Zijn eten kookt hij op een gasstel, slapen doet hij in de cabine, en zijn kleding hangt hij te drogen aan een provisorisch rekje aan zijn vrachtwagen. En hij mist zijn vrouw en kind. Petar belt vaak met hen, maar hoe langer hij van huis is, hoe meer ze van elkaar verwijderd lijken te raken. Ondertussen geeft Petar bespiegelingen over zijn werk: ‘Ik denk dat Europa alleen op de autosnelweg bestaat. Als wij de onderdelen niet zouden verbinden was het alleen een hoop landen. Wij maken van Europa Europa.’
Dat chauffeurs onmisbaar zijn merkte het Poolse transportbedrijf Mazur algauw toen het niet aan de vraag van klanten kon voldoen. Aan de staking moest een eind komen. Enter de paramilitaire eenheid, maar dat mondde dus uit in de arrestatie van die eenheid. Een kleine overwinning voor de chauffeurs, die leidde tot de grootste overwinning een paar weken later: Mazur betaalde de geëiste 303.363,36 euro uit. De chauffeurs konden na bijna drie maanden de staking beëindigen.