Sweet Dreams is duidelijk een arthousefilm, terwijl u vroeger vooral in publieksfilms te zien was...
‘Nou ja, de laatste film die ik heb gedaan was ook arthouse, een cameo in de horrorfilm Suspiria van Luca Guadagnino, een enorm inspirerende man op mee te werken. Maar het klopt, de films die ik in de jaren tachtig in Nederland heb gemaakt waren meer commerciële films. Hoewel er toen ook een enorme variëteit zat in het soort rollen. Vanaf 2000 heb ik lange tijd geen films meer gemaakt in Nederland. Ik heb wel veel theater gedaan, maar als actrice zit je toch in een afhankelijke positie. Voor vrouwen tussen zeg maar vijftig en zestig jaar worden nou eenmaal niet zo veel mooie rollen geschreven. Die periode heb ik opgevuld met theater, en daarom lijkt het misschien of ik een tijdje uit de running ben geweest. Maar vorig jaar was een extreem jaar. Ik heb toen drie films gedraaid, waaronder deze. Drie heel andersoortige rollen. Een fantastisch, inspirerend jaar, dat echt voelt als een nieuwe start. Ik hoop dat het zo doorgaat, maar dat weet je natuurlijk nooit.’
Begin jaren negentig was u – net als Johanna ter Steege – in de running voor een rol in Stanley Kubricks WO II-drama Aryan Papers. Kubrick blies die film uiteindelijk af omdat Spielbergs Schindler’s List toen net was uitgekomen, maar u had dus bijna in een film gezeten van Stanley Kubrick. Wordt u wel eens geplaagd door de gedachte: wat als…?’
‘Haha, nee hoor, maar ik vond het wel heel bijzonder om die man aan de telefoon gehad te hebben. Hij had alles wat ik ooit qua acteren gedaan gezien. Mijn nummer had hij gekregen van regisseur Duncan Gibbins, met wie ik in Hollywood net Eve of Destruction had gemaakt. Ik dacht eerst nog: iemand maakt een grapje, want waarom zou uitgerekend Stanley Kubrick mij bellen? Maar hij was het dus wel.’
Guadagnino wilde per se u voor Susperia, en nu die prestigieuze prijs in Locarno. Stel dat Hollywood straks voor de deur staat, laat u ze dan binnen of heeft u dan iets van: dat hebben we ooit geprobeerd en doen we nooit meer?
‘Weet je, films maken is in wezen overal hetzelfde. Alleen de invloed van producenten is anders. Vooral in Amerika. Daar zijn ze meer bezig met de financiële kant. Ik hou vooral van filmmakers met een heel eigen, herkenbare stijl. Iemand als Guadagnino of Paul Verhoeven, bijvoorbeeld, en Ena ook. Ik hou van regisseurs die binnen het geweld van de commerciële cinema hun eigen signatuur weten te behouden. En dan maakt het mij niet uit waar dat is, Hollywood, Duitsland, of Nederland. Ik ben op zoek naar inspirerende mensen en rollen.’