Als verjaardagscadeau gaf de achttienjarige Lola Corfixen haar vader een tegoedbon waarin ze beloofde dat hij haar vijf films uit zijn enorme kelder vol obscure titels mocht laten zien. Ze zou niet over zijn keuzes klagen en ze zouden samen de films helemaal uitkijken.
Wanneer we Lola Corfixen (1995) spreken – afgelopen september op het filmfestival van Venetië – hebben ze drie van die vijf films bekeken: kerstklassieker It’s a Wonderful Life (‘die zien we elk jaar wel een keer’), plus Flesh for Frankenstein en Blood for Dracula (‘want mijn vader is gek op Andy Warhol’).
Lola’s vader is de Deense regisseur Nicolas Winding Refn (1970) en samen zijn ze in Venetië voor de wereldpremière van de door Refn geregisseerde Netflixserie Copenhagen Cowboy, waarin Lola een kleine maar belangrijke bijrol speelt. Opvallend genoeg heeft Lola maar twee films van haar vader gezien, Drive en Neon Demon, naast een paar afleveringen uit Refns vorige serie, Too Old to Die Young. Dit betekent dat ze diens Pusher-trilogie, Vikingdrama Valhalla Rising en misdaadopera Bronson nog steeds niet gezien heeft. Zonde, want het zijn stuk voor stuk eigenzinnige meesterwerkjes.
Lola bekent dat ze de films van haar vader al die jaren bewust gemeden heeft, want ‘die films zijn het werk van NWR, zijn alter ego, niet van mijn vader. En ik wilde die twee altijd zo veel mogelijk gescheiden houden.’
Tot de serie Copenhagen Cowboy dus, waar ze op uitdrukkelijk verzoek van haar vader een rol in speelt. Niet de hoofdrol, maar wel een belangrijke bijrol, die in seizoen 2 nog groter wordt. Als dat er komt natuurlijk, maar daar mag ze van Netflix nog niks over zeggen.