‘Negenennegentig procent van de worstelaars kan niet functioneren in de gewone maatschappij,’ zegt Al Snow in de derde aflevering van Wrestlers. Het is een sentiment dat vaker terugkomt in de zevendelige docuserie van Netflix over de kleinste professionele show-worstelbond in Amerika, de Ohio Valley Wrestlers (OVW).
Snow, zelf ooit een ster van World Wrestling Entertainment (WWE) en tegenwoordig baas van OVW herhaalt het meerdere malen. En ook de OVW-worstelaars zelf, mensen met artiestennamen als Ca$h Flow en Hollyhood Haley J, vertellen voor de camera vrijwel allemaal dat hun passie voor het show-worstelen de enige reden is waarom ze niet aan de grond, in de gevangenis of aan de drugs zitten. Geen van allen begrijpen ze precies waarom ze zo gegrepen zijn door het worstelen, maar allemaal weten ze dat ze niet zonder kunnen.
Show-worstelen is een tak van sport die redelijk onbegrijpelijk is voor buitenstaanders. De winnaars van de wedstrijden zijn vooraf bepaald en wat zich in de ring afspeelt, is in wezen een groot toneelstuk. Alles is geschreven en uitgetekend: wie de held van het verhaal is (de ‘babyface’) en wie de vijand (de ‘heel’). En zelfs welke technieken ze zullen gebruiken om hun tegenstander met een doffe klap op de mat te werken. En toch is het in Amerika een vreselijk populaire sport, waar het publiek, zoals ook te zien is in de prachtig vertraagde beelden van uitzinnige OVW-fans in de docuserie, volledig in opgaat. ‘De fans weten precies hoe het werkt’, vertelt journalist David Shoemaker in de eerste aflevering. ‘Het doel is niet om het eruit te laten zien als een echte wedstrijd. Het doel is om te vermaken. Om je iets te laten voelen.’