‘Je kunt spijt hebben van dingen. Je kunt wroeging hebben, of berouw. Maar wat ik hierover voel, ik geloof niet dat daar een woord voor bestaat.’
Het zijn de eerste woorden die we horen in de tiendelige dramaserie De ring, de nieuwste productie van scenarist en regisseur Frank Ketelaar, de man die al jaren geldt als een van de grootmeesters van de Nederlandse serie. Die positie verwierf Ketelaar met Vuurzee, Klem, BuZa, en vooral Overspel: gelaagde dramaseries waarin goedbedoelende personages door ogenschijnlijk onbelangrijke beslissingen tot hun nek in de ellende belanden.
In De ring is dat niet anders. Als jurist Anna (sterke rol van Hannah Hoekstra) op bezoek is bij de belangrijke cliënt Simon (een gladde Benja Bruijning) ziet ze op de vloer zijn ring liggen. Wanneer hij even de kamer verlaat, stopt ze het sieraad in een impuls in haar zak. Als ‘een kind in een snoepwinkel dat even stout is,’ zoals ze het zelf later omschrijft. Ze laat de ring hierna direct terugbezorgen, maar heeft buiten de wraakzucht van Simon gerekend. Hij heeft de diefstal vastgelegd op beeld, en stelt Anna voor de keuze: of ze gaat één keer met hem naar bed (wat voor de meeste vrouwen ‘helemaal geen straf is’, zoals hij zelf stelt), óf hij plaatst het filmpje online, met de nodige gevolgen voor haar carrière en advocatenkantoor.